Goudakker (v.a. 1923)
Synoniemen: Eerste Oogst, Gouden Akker, Dithmarscher Früher, Dithmarscher Treib, Juniriesen, Diener's Frühstamm, Avant, Premier
Vanuit Amerika
Goudakker is een witte kool die vermoedelijk in 1923 is geselecteerd uit een ander witte kool ras, de Kopenhagener Markt. Deze selectie was gedaan door veredelaar Thomas Madsen in New York, USA.De Goudakker kenmerkt zich met een korte stronk, waar een redelijk grote bolronde kool op ontwikkeld. Inwendig hebben de koolbladeren een losse structuur.
Weeuwenteelt
Van oudsher werd Goudakker voornamelijk voor de weeuwenteelt gebruikt. Deze term is tegenwoordig in onbruik geraakt, maar deze teeltwijze speelde vroeger een cruciale rol in het garanderen van verse kool aan het begin van de lente; een periode met beperkt aanbod aan verse groenten. Hierbij werd het gewas in het najaar gezaaid. Dankzij deze vroege oogst verwierf Goudakker ook de bijnaam 'Eerste Oogst'.
Beschermen tegen de kou
Om de kool door de winter heen te loodsen, stond er een houten bak omheen, die bij vorst kon worden afgedekt. Vroeger werd dit met jute gedaan, maar een glasplaat of vliesdoek kan ook dienst doen als bescherming. Hoewel de plant in de wintermaanden nauwelijks groeit, maakt hij met de eerste tekenen van de lente een snelle groeispurt door.
De weeuwenteelt was niet beperkt tot kolen; ook gewassen als andijvie, knolselderij, palmkool, rode biet, sla, en tuinbonen werden op deze manier geteeld.
Teeltspecificaties
| Kooltype | Witte kool |
| Teelt | Volle grond |
| Zaaitijd | Augustus, oktober |
| Plantafstand | 60-70 cm |
| Oogsttijd | Maart, april |